Sinds ik als onderzoeker werkzaam ben bij het lectoraat Excellentie in hoger onderwijs en samenleving gaat er een wereld voor me open. Wat is er veel mogelijk voor studenten die meer kunnen en willen dan het reguliere programma hen biedt!Wat er binnen een opleiding wordt verstaan onder excelleren bepaalt onder meer de criteria voor een excellente prestatie en op welke manier excelleren mogelijk wordt gemaakt. Momenteel wordt er binnen het lectoraat Excellentie en hoger onderwijs een instrument ontwikkeld waarmee van een opleiding deze en andere elementen van de heersende ‘Cultuur van excellentie’ in kaart kunnen worden gebracht. Vanwege mijn betrokkenheid bij de ontwikkeling van dit instrument krijg ik steeds meer zicht op de elementen waar een cultuur van excellentie uit bestaat. Uit de literatuur blijkt dat er verschillende opvattingen bestaan en dat excelleren vele verschijningsvormen kent. Kunnen alle of slechts enkele studenten excelleren? Komen studenten in aanmerking voor excellentie trajecten op basis van potentieel of getoonde kwaliteiten? Gaat het er bij excelleren om dat je beter bent dan de rest of dat je boven jezelf uitstijgt? Ben je een excellente student wanneer je een opdracht perfect volgens de richtlijnen uitvoert of wanneer je werk creatief en innovatief is?
Het instrument brengt alle elementen van de heersende ‘Cultuur van excellentie’ in kaart door informatie in te winnen bij de dragers van deze cultuur: de studenten, docenten en managers. Wanneer de binnen een opleiding bestaande opvattingen aangaande excelleren inhoudelijk samenhangen met de normen en (selectievoor-) waarden van excellentieprogramma’s en de wijze waarop excelleren wordt mogelijk gemaakt in het curriculum, kun je spreken van een paradigma. Na afname van het instrument bij een opleiding voor hoger onderwijs kan worden gesteld of er sprake is van een of meerdere excellentieparadigma’s en zo ja, welke.
De heersende cultuur van excellentie kan worden afgezet tegen de gewenste studiecultuur. In hoeverre sluit de huidige studiecultuur aan bij de gewenste studiecultuur? Wat zijn sterke en minder sterke aspecten van de actuele studiecultuur? Zijn er onder de cultuurdragers mensen die als zogenaamde cultuurvertegenwoordigers zouden kunnen fungeren in een poging de huidige studiecultuur meer excellentiegericht te laten zijn? Sluit de wijze waarop het onderwijs inhoudelijk en didactisch is vormgegeven aan bij de wijze waarop
excellentie volgens de heersende opvattingen dient te worden gestimuleerd? Al deze vragen zullen worden beantwoord.
En hoe bijzonder is het dan om eerstejaars studenten tijdens een kennismakingsgesprek spontaan en trots te horen vertellen over hun excellente prestaties in het VO. Een studente vertelt dat ze genomineerd was voor de titel beste gediplomeerde van het jaar. Een student vertelt dat hij toen hij hoorde dat zijn moeder niet lang meer te leven had besloot haar trots te maken door voor haar overlijden versneld zijn MBO-diploma te behalen en een half jaar voor de officiële diploma-uitreiking het zijne aan haar liet zien. Een intelligente student die vanwege faalangst naar de HAVO afstroomde alwaar hij zelfvertrouwen opdeed en zich met extreem hoge cijfers in de kijker speelde.
Het geeft voldoening hen als docent en onderzoeker te kunnen helpen het beste uit zichzelf te halen.
Door Svenja Buttner, onderzoeker Lectoraat Excellentie in Hoger Onderwijs en Samenleving, docent/promovendus Pedagogische Academie Hanzehogeschool Groningen